Biociden doen wat ze moeten doen: schadelijke organismen bestrijden. Maar na gebruik komen ze via verschillende routes in het oppervlaktewater. Hier zijn ze schadelijk voor wél gewenste organismen. Waar moeten waterbeheerders welke biociden meten om dit in beeld te krijgen? Een artikel in Water Matters van juni 2022 (pagina 12-15) beschrijft hoe zij een efficiënte en doeltreffende monitoringstrategie kunnen ontwikkelen. 

Beslisschema meetstrategie 

Biociden worden voor veel verschillende toepassingen gebruikt. Daarom zijn de verspreidingsroutes naar het oppervlaktewater ook heel divers. Er zijn ongeveer 270 stoffen als biocide in gebruik. Hiervan wordt ruim 80% niet gemeten in oppervlaktewater en/of grondwater. De auteurs beschrijven daarom een beslisschema voor het al dan niet opnemen van een biocide in een meetstrategie. Of een biocide wordt opgenomen, hangt af van de kans dat een stof zal worden aangetroffen en de invloed die de stof heeft op de waterkwaliteit. Ook is van belang of er een geschikte meetmethode is. 

Oproep om nieuwe stoffen te meten 

De auteurs van het artikel eindigen met een oproep om inventariserend (meet)onderzoek naar nieuwe stoffen te blijven doen. Dit om te voorkomen dat we alleen meten wat we al weten en nieuwe stoffen buiten ons zicht blijven. Zonder zo’n voortdurende evaluatie verliest het monitoringsprogramma van chemische stoffen in water op den duur aan doeltreffendheid. 

Meer lezen?  

Het artikel in Water Matters is gebaseerd op de resultaten van het project Ketenverkenner Biociden. Dit project was een onderdeel van de Kennisimpuls Waterkwaliteit.  

Zie voor meer informatie: