Slechts een kwart van de biociden die in Europa zijn toegestaan, wordt gemonitord in het Nederlandse oppervlaktewater. Bij waterbeheerders bestaat een diffuus beeld over de invloed van deze stoffen, terwijl ze toch onverwacht kunnen opduiken. In het Deltafact Biociden zijn de huidige kennis én kennishiaten vastgelegd. Een artikel op de website van de Kennisimpuls Waterkwaliteit licht de inhoud van dit document toe.
Eén thema binnen de Kennisimpuls Waterkwaliteit is de Ketenverkenner. Binnen dit project bekijken kennisinstituten stoffen en stofgroepen, zodat duidelijker is wat daar al over bekend is en waar kennishiaten zijn. De onderzoekers zoeken naar aangrijpingspunten om de waterkwaliteit positief te beïnvloeden. Het project richt zich op micro- en nanoplastics, biociden en consumentenproducten.
Doel van de Ketenverkenner
Het Deltafact biociden is een product van de Ketenverkenner. Het uiteindelijke doel van de Ketenverkenner is het verminderen van emissies van bepaalde stofgroepen naar het milieu. Hiervoor wordt eerst kennis over waterkwaliteit bij elkaar gebracht op een aantal thema's, waaronder biociden. Het uiteindelijke doel is dat waterbeheerders en andere partijen de juiste maatregelen nemen om de waterkwaliteit te verbeteren.
Kennisimpuls Waterkwaliteit
De Kennisimpuls Waterkwaliteit is gestart in 2018 en duurt vier jaar. Het programma wordt gefinancierd door het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, STOWA, waterschappen, provincies en drinkwaterbedrijven. In de Kennisimpuls Waterkwaliteit werkt een groot aantal partijen samen om meer inzicht te krijgen in de kwaliteit van het grond- en oppervlaktewater en de factoren die deze kwaliteit beïnvloeden. Dit is nodig om de juiste maatregelen te kunnen nemen om de waterkwaliteit te verbeteren en de biodiversiteit te vergroten.